JEUGD - 1996
Bij zijn grootouders zag 4-jarige Bob de schaatsers voorbij komen over de Nieuwkoopse Plassen. Zonder enige aarzeling stapte hij met zijn rode laarsjes het ijs op en legde zijn handen op de rug, nu moesten alleen de ijzers nog onder de schoenen gebonden worden! Die zomer werd er druk geoefend op de rolschaatsen en al was het in het gras, hij kwam vooruit!
In 1981 werd Bob ingeschreven bij de lokale ijsclub ‘Nut en Vermaak’.
In de strenge winters van 1985 en 1986 wilde en kon Bob niet naar school, want er was de hele dag schaatsen op TV. Geen slag werd gemist van de Elfstedentocht en hij ging gelijk met Evert van Benthem juichend over de streep. In die week reed Bob ook zijn eerste 10 kilometer! Met de basisschool een tocht van 5 kilometer over de Drecht naar het dorpje Bilderdam, vervolgens 5 kilometer terug naar de lokale natuurijsbaan in Leimuiden. En daar kwam hij, tussen jongens die allen vijf jaar ouder waren, als eerste aan.
In 1987 stapte Bob over van de 200meter-ijsbaan in Leiden naar de 400meter-ijsbaan in Haarlem.
In februari ’92 debuteerde de Leimuidenaar op het Nederlands Kampioenschap bij de C-Junioren en werd daar verassend 7de (waarbij hij zelfs een 3de plek op de 1500 meter behaalde). Een maand later reed Bob in München zijn eerste 3 kilometer, wat leidde tot grote ogen van verwondering bij de aanwezigen. Hij bleef maar gelijke rondetijden rijden en verpulverde het baanrecord.
Herman Nota, gewestelijk trainer van de regio Noord-Holland/Utrecht, vond het dan ook de hoogste tijd om hem in de gewestelijke selectie op te nemen.
Met het oog op de WK Afstanden zag Leen Pfrommer in hem een ideaal lid voor zijn Jong Oranje. In 1994 reed Bob, op zijn 18de verjaardag, in Deventer zijn eerste echte 10 kilometer als kwalificatiewedstrijd voor de NK Afstanden. Bij dit debuut noteerde hij een onvoorstelbare tijd van 14.53,70 - en dat zonder klapschaats! In dat jaar reed hij in het Finse Seinäjoki via een zeer sterke 3 en 5 kilometer naar zijn eerste wereldtitel (junioren allround). Een jaar later werd hij in Calgary opnieuw wereldkampioen junioren, met een wereldrecord 3 kilometer en een Nederlands record op de 5 kilometer.
Na het succesvolle WK-Junioren bedankte Bob in 1996 voor deelname aan de eerste WK afstanden (voor senioren) in Hamar. Zijn uitleg: “Het seizoen is mooi geweest en er komen nog genoeg mogelijkheden.”
1996 - 2015
Door bondscoach Henk Gemser verruilde Bob Jong Oranje voor de (senioren) kernploeg en op 7 november 1996 reed hij in Berlijn zijn eerste World Cup. In december bracht Henk een paar klapschaatsen mee voor de net 20-jarige Bob. Alsof hij nooit anders had gedaan, won Bob daar meteen twee World Cups mee en vervolgens een bronzen medaille bij zijn debuut op de WK Afstanden.
Bij de Olympische Spelen in Nagano ‘98 was het podium bij de 10 kilometer totaal rood-wit-blauw gekleurd en kreeg Bob de zilveren medaille omgehangen door Zijne Koninklijke Hoogheid, Kroonprins Willem Alexander.
Bij de WK afstanden in 1999 behaalde Bob de bronzen plak op de 5 kilometer en goud op de 10 kilometer. In 2000 was op de 5 en 10 km alleen ploeggenoot Gianni Romme sneller: twee zilveren medailles. In 2001 pakte hij zijn 2de wereldtitel, dit keer op de 5km, en kwam Bob net te kort op de 10 km.
De Olympische Spelen van 2002 in Salt Lake City was de mentale weerstand te groot. Alsof hij achteruitreed, zo moeizaam legde hij zijn kilometers af. Het hele land liet de tranen samen met Bob over de wangen lopen. Waarom had hij zijn lichaam niet onder controle, waarom liep het niet? “Ik reed vanaf het begin te langzaam, maar versnellen ging ook niet en het schaatsen werd werken.”
Hij sloeg de aanbiedingen van grote ploegen af en vertrok naar de amateurs van Wim den Elsen. Tussen de studenten bloeide Bob helemaal op, hij won veel wedstrijden, waaronder weer goud en zilver op de WK afstanden. Ondertussen rondde hij zijn MTS-studie bouwkunde af. Hij ging werken en sporten, waarna hij in Seoul 2004 zijn verzameling WK-medailles aanvulde met zilver.
In voorbereiding op de Spelen van Turijn 2006 werd team Telfort opgezet; Bob groeide weer en pakte op de buitenbaan van Inzell zijn volgende wereldtitel. Na een lastig voorseizoen maakte Bob zich op voor een volgende editie van de Winterspelen. Na zijn 6de plek op de olympische 5 km trok hij zich terug in Collalbo; 8 dagen vol sneeuw en een oorontsteking verder meldde hij zich weer in het Olympisch Dorp. Bob reed, vroeg in het programma, een PR op de 10 km en zag dat geen concurrent bij zijn tijd kon komen. “Olympic Winner 2006: Bob de Jong, The Netherlands” schalde door de ijstempel. Dat waren de mooiste woorden die hij ooit gehoord had! De wereld stond stil en de dagen die volgden dacht Bob zelfs even dat hij god was… (lees daar alles over in zijn biografie: Bob Anders).
Als olympisch kampioen werd Bob genomineerd als Sportman van het Jaar, maar tot grote verrassing van velen viel de keus niet op hem.
De Olympus beklommen en wat nu? Stoppen klonk het in zijn achterhoofd, of de boel omgooien. Hoe mooi was de kennismaking met India? Als deelnemer aan Peking Express ging Bob liftend door dit hindoestaanse land met de verschillende kasten. Een onvergetelijke ervaring en een fantastische reis samen met teamgenoot Bas Westerweel. Liefst 8 kilogram lichter kwam hij terug, pakte zijn koffer en sloot aan bij de Duitse nationale ploeg in Berlijn, waar Bart Schouten bondstrainer was geworden. Bob kon de rijders slechts twee rondjes ronden volgen… Zijn conditie en kracht waren compleet weg door ondervoeding in India.
Veilig Verkeer Nederland benoemde hem in die tijd tot ambassadeur van de bekend BOB-campagne. Wie is de BOB? Bob! Ondanks een goed begin aan het winterseizoen gingen de prijzen aan hem voorbij. Wel kreeg hij een uitnodiging voor Dancing With the Stars, waarin hij zijn conditie op peil hield en de heupen los bewoog met Euvgenia Parakhina. In 2008 startte hij als vanouds goed: Bob was terug en pakte zijn 14e WK-medaille.
In november 2008 reed Bob het baanrecord in Moskou aan flarden en dook hij voor het eerst op de 10 km onder de 13 minuten. (Later zou hij als eerste schaatser 10x op rij onder de grens van 13 minuten blijven). Het verblijf in Berlijn beviel Bob goed; een prachtige locatie om te trainen en te wonen, terwijl hij zich heerlijk kon ontspannen en genieten van de historie van de voormalige DDR. Dromen werden kapot gemaakt, maar uiteindelijk werden er vele verwezenlijkt. The road to Vancouver started in Berlin!
Reisdoel was goud op de Spelen van Vancouver 2010. Dat doel werd niet behaald, maar de reis was een onvergetelijke. Het werd brons op z’n vierde Olympische spelen. Zo had hij het rijtje compleet: goud, zilver en brons op één afstand, de 10 km! Alleen Knut Johanson (1956-1968) deed hem dat voor. Met een zware rugblessure was het in Canada een gevecht geweest tegen de pijn, de bronzen beloning was groots.
Na Vancouver werd nagedacht over een volgend leven, zonder schaatsen, maar het bloed kroop waar het niet gaan kon. De overgang naar de marathon verliep erg goed en dankzij deze kruisbestuiving begon Bob bij de NK afstanden meteen als favoriet op de 5 en 10 km. Deze status hield hij het hele jaar vast, zo draaide Bob een ongekend seizoen 2010-2011. Hij reed die winter enkele marathons, inclusief een serie op natuurijs. Mooie herinneringen hield Bob over aan de parkoersverkenning van de Friese Elfstedentocht, maar het hoogtepunt beleefde hij die winter tijdens de WK Afstanden in Inzell: Doppelter Weltmeister 2011!!! Met als ultieme beloning: de fel begeerde Oscar Mathissen Award, toegekend door de jury van de Oslo Skating Club. Ondanks deze ‘schaats-Oscar’ werd hij in Nederland opnieuw genomineerd als sportman van het jaar, maar tot verrassing van velen wederom niet gekozen.
Naast alle trainingen had hij een baan bij (sponsor) BAM aangenomen als stadionontwikkelaar: een nieuwe uitdaging en de kans om werkervaring op te doen. Hij richtte zich bij dit werk vooral op de mogelijke komst van een geheel nieuwe ijstempel bij Thialf. Zijn schaatsvorm werd pas echt duidelijk toen in Heerenveen het WK gehouden werd. Bob slaagde erin z’n 9de wereldtitel te winnen (en zilver op de 5 km). Op de WK afstanden 2013 in Sotsji won hij zijn 20ste WK-medaille, maar zelf was Bob er niet erg blij mee. “Ik heb een kans op een wereldtitel laten liggen. Een bronzen plak is een toevoeging aan mijn verzameling, niet meer dan dat.”
In de voorbereiding op zijn 5de Olympische Spelen was het onrustig in zijn ploeg. Bob maakte zijn keuzes, goed of niet, hij koos voor zichzelf. Na de 5 km vertrok hij voor 3 dagen naar het Olympische Dorp in de bergen. Even weg van de ploeg. Terug op de 400m-baan reed hij een onrustige en slechte 10 km. Dat was nog wel genoeg voor het brons. Zelf zei hij: “Schandalig dat dit nog een medaille oplevert.”
Voor 2014-2015 lag Bobs focus op de WK Afstanden in Heerenveen. In een semiprofessionele ploeg won hij de World Cup in Seoul. De WK-kwalificatie werd echter ontsierd door een discutabele lijnoverschrijding, die hem een DQ opleverde, wat hem zijn WK-plek kostte.
2015 - HEDEN
Op 26 juni 2015 maakte Bob bekend nog één winter te schaatsen. Ondanks dat hij volop genoot van de sport, besefte hij dat zijn lichaam tegen stribbelde. Een week later vertrok hij naar Canada om daar met de nationale ploeg onder leiding van Bart Schouten te gaan trainen. Hij zou vijf maanden in Calgary blijven.
Door een lichte blessure reed hij zich net niet in de World Cup-ploeg, wel mocht hij in Inzell als invaller de World Cup rijden, maar hier betaalde de zomerarbeid zich niet uit. Tijdens de NK Afstanden kondigde Bob na een teleurstellende 5 km aan dat hij nog één officiële 10 km zou rijden. Met kippenvel stapte hij het ijs op, het publiek schaarde zich 25 ronden achter hem. En van de KNSB ontving hij de Oeuvre-prijs. Op 26 februari reed hij nog een allerlaatste 10 km in Haarlem, zijn eigen wedstrijd om jonge schaatsers een kans te geven om de langste afstand te ervaren. Na afloop kreeg hij een warm afscheid van de jeugdleden van Nut en Vermaak. “Het was een hele mooie reis van 22 jaar, nu staat de jeugd uit Leimuiden klaar om mij te bedanken. Ik draag graag het stokje aan hen over.”
Na een jaar zonder schaatsen, waarin hij werkte als timmerman, kreeg Bob van de gemeente Kaag en Braassem ook de oeuvreprijs toegekend. Kort daarna vertrok hij naar Zuid-Korea waar hij als coach-trainer de allroundschaatsers begeleidde naar de Olympisch Spelen in PyeongChang.
In een totaal andere wereld kreeg hij de kans om als coach te werken en Korea van binnenuit te leren kennen: omgangsvormen, culinaire lekkernijen, Aziatische werkdagen en Noord-Koreanen ontmoet. Hij kwam als grootheid en vertrok als held met 7 olympische medailles voor de Koreaanse langebaners.
Bob mocht blijven, maar koos ervoor de uitdaging in China aan te gaan. Samen met coach Xiuli Wang zou hij 4 jaar toewerken naar OS Peking 2022. De cultuur was prachtig en de rijders wilden graag, maar naast de prachtige reis van presteren, bereikte de werkcultuur een eindpunt. In 2020, vlak voor de coronapandemie zich aandiende, stopte hij.
Terug in Nederland rondde Bob zijn opleiding schaatstrainer 4 af en ging hij bij Team Frysk verder als trainer. Daarnaast ging hij aan de slag als ploegleider in het marathonschaatsen en werkte hij als timmerman. In de nieuwe gezinssituatie, met vrouw en dochter, besloot hij de focus weer geheel op het schaatsen te leggen. Zocht in 2023 de studieboeken op en ronde in 2024 zijn Master in Sport Managment af aan de Johan Cruijff Institude. Begon vervolgens bij bv Sport aan nieuwe uitdaging.